Kennen MOOCs een hoge mate van uitval?

Je moet de intenties van deelnemers betrekken bij de vraag of de uitval bij een massive open online course hoog is. Bovendien blijken deelnemers aan MOOCs zich slecht te houden aan hun intentie om deel te nemen. Maar dan nog is het lastig om uitval bij MOOCs te operationaliseren.

Completion
Foto: WikiImages, Pixabay

Onderzoeker Justin Reich heeft onderzoek gedaan bij 80 duizend deelnemers aan negen Harvard MOOCs. Op basis van een vragenlijst heeft hij hen ingedeeld in vier categorieën deelnemers:

  1. Deelnemers die van plan zijn de MOOC af te ronden met een certificaat.
  2. Deelnemers die van plan zijn om enkele cursusactiviteiten af te ronden, zonder een certificaat te verdienen.
  3. Deelnemers die van plan zijn om materiaal selectief door te nemen, maar geen cursusactiviteiten af te ronden.
  4. Deelnemers die vooraf niet hebben besloten of zij cursusactiviteiten willen afronden.

Reich meent dat een deelnemer die vooraf niet van plan was een cursus met een certificaat af te ronden, geen drop out kan zijn, maar wel voortijdig kan stoppen.

Vervolgens heeft hij gekeken naar de motivatie om deel te nemen, naar de mate waarin men is voorbereid om te leren, en naar demografische kenmerken. Hij analyseert daarbij ook in welke mate de vier groepen deelname volhouden (tijd besteden aan de cursus). Daarbij constateert hij dat alle categorieën in ongeveer gelijke mate minder participeren in de MOOC. Degenen die van plan zijn de MOOC af te ronden met een certificaat, houden deelname naar verhouding het meeste vol.

Justin Reich constateert dat deelnemers die van plan zijn om de MOOC af te ronden met een certificaat dat relatief vaak doen. Tegelijkertijd concludeert hij ook deelnemers ook van mening veranderen: 10% van de deelnemers die vooraf niet hadden besloten of zij cursusactiviteiten wilden afronden, hebben de cursus met een certificaat afgerond. Van de 58% die vooraf aangaven een certificaat te willen krijgen, heeft 22% de MOOCs daadwerkelijk afgerond met een certificaat. Daarbij gaat het om 13% van de deelnemers. Volgens Reich zou dit cijfer een richtlijn kunnen zijn voor discussies over uitval en MOOCs.

Het is wat mij betreft de vraag of de vier categorieën afdoende zijn om te kijken naar de relatie tussen ‘completion’, intenties en motivatie. Bovendien is inderdaad de intentie om een certificaat te willen bepaald niet betrouwbaar. Bij de OU MOOC over Blended Learning konden deelnemers vooraf kiezen voor een gecertificeerde versie. Ongeveer tien deelnemers hebben tijdens de MOOC voor de gecertificeerde versie gekozen. In totaal heeft ongeveer 10% van de deelnemers uiteindelijk voor de gecertificeerde versie gekozen (er vooraf voor betaald).

Dat percentage ligt aanmerkelijk lager dan de 58% van de Harvard-deelnemers dat vooraf aangaf een certificaat te willen. Het lijkt me wel een meer realistisch percentage. Zij hebben zich -door kosten te maken- meer gecommitteerd dan door het alleen uitspreken van een intentie. Ruim eenderde van deze groep heeft onze MOOC daadwerkelijk met een certificaat afgerond.

Verder vind ik het certificaat als norm voor ‘completion’ discutabel. Het is vooral de vraag of lerenden hun doelen hebben bereikt, in relatie tot de investering die zij wilden en konden plegen. Zoals Stephen Downes tijdens het bloggers-panel van de Online Educa Berlijn zei: niemand vraagt of je het lezen van een krant hebt afgemaakt.

Via Rethinking Low Completion Rates in MOOCs

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.