Van flipped classroom naar flipped mastery classroom

Is de flipped mastery classroom weer wat nieuws? Dat valt wel mee. In feite is het een combinatie van twee oude principes die dankzij ICT in de praktijk gebracht kan worden.

Jon Bergann -één van de grondleggers van het concept van de flipped classroom- heeft een blogpost geschreven over de flipped mastery classroom. In dit concept worden twee principes verenigd:

  1. Mastery learning. Dit is een bekend didactisch principe uit -ik meen- de jaren zestig waarbij de lerende pas naar een volgend onderwerp gaat, als hij het voorgaande beheerst (meesterschap).
  2. Flexibel onderwijs: er wordt rekening gehouden met de individuele ontwikkeling van lerenden. Lerenden leren in eigen tempo, en naar ‘behoefte’. In feite is dit een essentieel kenmerk van het concept van de flipped classroom.

Het model bestaat dan uit vijf stappen:

  1. Directe instructie (via korte video’s thuis; direct instruction is overigens meer dan het bekijken of beluisteren van uitleg, wat Bergmann suggereert).
  2. Oefenen (in de klas).
  3. Verdiepend leren (bijvoorbeeld door te experimenteren of door een paper te schrijven).
  4. Beoordelen (formatief en summatief)
  5. Remediëren (indien noodzakelijk).

Volgens Bergmann luistert de uitvoering nauw:

  • Formuleer wekelijkse mijlpalen. In eigen tijd en tempo leren zul je moeten inkaderen. De meeste studenten hebben structuur nodig. Houd lerenden verantwoordelijk voor het behalen van leerdoelen.
  • Gebruik minder toetsen, maar hanteer andere vormen van beoordelingen. Quizzes leiden volgens Bergmann tot veel papierwerk. De tijd die het kost, weegt niet op tegen de opbrengsten.
  • Gebruik zogenaamde ‘Mastery Checks’. Laat lerenden bewijsmateriaal aandragen voor het behalen van leerdoelen (zoals video’s of samenvattingen). Stel hen enkele centrale vragen waaruit blijkt of zij de leerdoelen hebben behaald.

    Those students who mastered the objective could move on while those who had some misunderstandings or gaps, received remediation and in some cases I gave them additional exercises to practice.

  • Laat lerenden via signalen (zoals kleuren) aangeven wat voor type hulp ze nodig hebben (geen, onmiddellijk, er tussen in).
  • Leg de lat hoog bij summatieve beoordelingen (zoals een score van 75%). Gebruik online beoordelingen voor het samenstellen van unieke vragen.

Volgens Bergmann gaat het er om werkwijzen binnen de klas en beoordelingen te vereenvoudigen.

Bergmann gaat helaas niet in op mogelijkheden om peer assessment toe te passen. De wijze waarop hij formatieve beoordelingen inzet, komt op mij als arbeidsintensief over. Je zou beoordelingen door peers daarvoor kunnen gebruiken.

Verder snap ik niet waarom hij meent dat quizzes tot veel papierwerk voor docenten kunnen leiden. Je kunt juist gebruik maken van leertechnologie en automatische terugkoppeling om deze toetsen efficiënt toe te passen. Daarbij moet je inderdaad waken voor een overdaad aan quizzes.

De opties met de signalen ben ik ook al eerder tegen gekomen. Het risico bestaat wel dat ‘bescheiden’ lerenden geen aandacht krijgen, omdat sommige lerenden altijd menen een dringende vraag te hebben. Het elkaar helpen kan hierbij ook goed werken.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.