De toepasbaarheid van blockchain technologie voor onderwijs en opleiden

Blockchain technologie zal in de toekomst waarschijnlijk een belangrijke rol spelen bij het waarderen van ‘geloofsbrieven’ die lerenden via formeel en informeel leren hebben ‘verzameld’. Ik denk echter dat deze technologie ook op een andere manier voor onderwijs en opleiden gebruikt kan worden, en bepaalde administratieve processen kunnen versnellen.

blockchain credentials
Bron: MIT Media Lab

Philipp Schmidt heeft een zeer informatief artikel geschreven over het gebruik van blockchain technologie voor het erkennen van de expertise van een lerende. Bij deze technologie worden transacties vastgelegd in een database zonder tussenkomst van derden. Deze database is geen centrale voorziening, maar bestaat uit een mondiaal netwerk van computers. Een transactie is dan een blokje informatie dat versleuteld is. Een verklaring dat ik een met goed gevolg een cursus heb afgerond bij hoogleraar X is een voorbeeld van zo’n brokje informatie. Maar het kan bijvoorbeeld ook gaan om een verklaring van een opdrachtgever wat ik gedaan heb binnen een bepaald complex (waaruit expertise blijkt).

Schmidt schrijft onder meer:

A basic digital credentialing system should make it possible to verify who a certificate was issued to and by whom, and validate the content of the certificate.

In deze bijdrage –Credentials, Reputation, and the Blockchain– gaat hij in op de ontwikkeling van digitale ‘kwalificatiesystemen’ (van open badges tot blockchain) en op de geschiedenis van kwalificatiesystemen zoals de Ijâzah uit de islam, de middeleeuwse Licentia Docendi of het ‘Wanderbuch’ dat gebruikt werd binnen meester-gezel-constructies van een 200 jaar geleden. Schmidt beschrijft wat we hiervan kunnen leren ten behoeve van de hedendaagse ‘kwalificatiesystemen’. Hij gaat daarna in op op systemen voor digitale ‘credentials’ en schetst het ontwerp van een dergelijk systeem. Tenslotte blikt Philipp Schmidt vooruit naar de toekomst.

De belangrijkste punten uit zijn uitvoerige artikel zijn wat mij betreft:

  • De huidige manier waarop we ‘geloofsbrieven’ beheren is traag, ingewikkeld en redelijk onbetrouwbaar. Blockchain technologie kan hier verbetering in aanbrengen.
  • Blockchain technologie draagt bij aan vertrouwenwekkend bewijs. De ‘geloofsbrieven’ zijn altijd via internet toegankelijk en wereldwijd transportabel. Vanwege het decentrale karakter kan er niet mee worden gefraudeerd. Ook krijg je inzicht in wie het bewijs heeft verstrekt en op basis waarvan het bewijs is afgegeven.
  • Dankzij deze technologie kun je ook vormen van informeel leren hiermee waarderen. Dat is zonder meer positief. Een grotere diversiteit aan ‘geloofsbrieven’ geeft meer complete informatie over de lerende.
    Je ziet ook dat het hoger beroepsonderwijs nu bezig is met het formuleren van leeruitkomsten. Daarbij gaat er om dat het niet uit maakt hoe je een bepaalde bekwaamheid ontwikkelt, als je deze maar ontwikkelt. Dit klinkt mooi. Toch zitten hier haken en ogen aan. Bij een redelijk lineair traject kun je de voortgang volgen en als begeleider tussentijds interveniëren. Maar wat als een lerende aangeeft op een alternatieve manier aan een bekwaamheid te werken, en aan het eind blijkt dat h/zij niet aan de leeruitkomst voldoet? Met andere woorden: leeruitkomsten impliceren m.i. een hoge mate van zelfsturing. Hoe is het gesteld met het zelfsturend vermogen van veel jongeren (met name)?
  • Schmidt stelt onder meer: “One challenge for people without formal education is to translate their learning into jobs because they often lack credentials affirming their skills and experience”. Dat is inderdaad nogal een uitdaging.
  • De combinatie van open badges en blockchain biedt niet alleen mogelijkheden voor het waarderen van het geleerde, maar ook voor het delen van kennis. Dit zag je bijvoorbeeld ook al in de Ijâzah en de “Licentia Docendi” terug. Dit bewijs om anderen te kunnen doceren fungeerde ook als een manier om kennis op een consistente manier over grote afstanden en tussen generaties te distribueren. Schmidt ziet hierbij een analogie met de blockchain.
  • Er wordt ook zichtbaar gemaakt wie binnen een gemeenschap over welke bekwaamheden beschikt.
  • Een belangrijke voorwaarde voor de werking is dat professionals wel kwaliteitsstandaarden voor hun werk hanteren. Je maakt ook zichtbaar wie lid is van een groep professionals.
  • Credentials kunnen ook worden gebruikt om een impuls te geven aan de motivatie van professionals.
  • Ontvangers hebben meer controle over de geloofsbrieven die zij hebben verdiend, zonder dat zij mogelijkheden hebben om te frauderen. Zij kunnen geloofsbrieven opslaan, mee nemen en delen met anderen, zonder anderen om toestemming of medewerking te vragen (tegen betaling).
  • De systematiek van blockchain bevordert vertrouwen en de mogelijkheid om te verifiëren. Verder bieden digitale systemen meer mogelijkheden voor dataopslag en geven zij meer inzicht in data.
  • De blockchain-ontwikkeling heeft ook nieuwe risico’s. Het niet kunnen veranderen van de geschiedenis van leerprestaties heeft ook nadelen. Soms wil je deze informatie kunnen cureren en een eigen overzicht creëren. Lerenden zijn eigenaar van data, maar het is de vraag of je derden ook toegang kunt geven tot een deel van de transacties.
  • Eigenaarschap van de lerenden en versleuteling waarborgen privacy van de lerende.
  • Een belangrijk aandachtspunt bij het ontwerp van de blockchain voor leren is het decentrale en open karakter van de blockchain. Centrale systemen zijn makkelijker te beheren, maar hebben ook grote nadelen. Wie moet zo’n systeem bijvoorbeeld beheren? Open standaarden bevorderen het mee kunnen nemen van data, de controle over de data door de lerende en het ontwikkelen van nieuwe functionaliteiten. Je wilt voor deze voorziening ook niet afhankelijk zijn van één commerciële partij.
  • De blockchain en de mogelijkheid transacties te versleutelen biedt de mogelijkheid om een infrastructuur te ontwikkelen voor certificering die lerenden de controle geeft over de vastlegging van hun leerprestaties. Een werkgever krijgt de beschikking over inzicht in de expertise, waarbij de werkgever volledig vertrouwen kan hebben in de ‘geloofsbrieven’.
  • Deze ontwikkeling bevordert dat lerenden op allerlei manieren aan hun ontwikkeling kunnen werken, terwijl dit wel gewaardeerd wordt. Dit kan er wel toe leiden dat het bestaansrecht van traditionele opleiders wordt aangetast. Volgens mij te beginnen met het terrein van een leven lang leren. Schmidt hoopt zelfs dat dubieuze commerciële aanbieders hierdoor van de markt zullen verdwijnen. Volgens mij zullen professies en werkgevers dan wel expliciet moeten maken wat zij belangrijk vinden op het gebied van ‘credentials’. De impact op de businessmodellen van onderwijsaanbieders en opleiders kan in elk geval groot zijn.
  • De belangrijkste uitdaging heeft niet met technologie te maken -hoewel op dat terrein ook nog een en ander te verbeteren en te ontwikkelen is- maar op het gebied van organisatie en beleid. De auteur schrijft:

It will require a concerted effort to ensure that the standards for digital credentialing systems are open and that they take into account the needs of all involved — learners, educational institutions, employers, and governments — and don’t prioritize the interests of some organizations over others.

 Ik sluit niet uit dat gevestigde partijen bijvoorbeeld via wet- en regelgeving proberen deze ontwikkeling tegen te houden.

Philipp Schmidt focust zich op credentialing, als het gaat om blockchain technologie. Volgens mij kan deze technologie echter ook gebruikt worden voor het delen van andere informatie van lerenden. Ik denk daarbij aan informatie met betrekking tot de ontwikkeling van de lerende in de brede zin van het woord. Het selectief toegankelijk kunnen maken van data is dan extra belangrijk. Ik realiseerde me dit na het lezen van het artikel ‘Blockchain zet businessmodellen op z’n kop’. Hierin wordt beschreven hoe de doorvoer van containers in de Rotterdamse haven versneld kan worden als de enorme bureaucratie -waarbij diverse instanties zijn betrokken- verdwijnt door deze instanties tegelijkertijd de beschikking te geven over dezelfde informatie die zij digitaal moeten afvinken.

Tussen ouders, (afdelingen van) onderwijsorganisaties, zorgverleners, inspectie, Dienst uitvoering Onderwijs, gemeentes vinden ook processen plaats die via blockchain versneld kunnen worden. Zo worden aanvragen van ouders voor extra zorg door meerdere instanties na elkaar beoordeeld. Of denk ook aan interne administratiueve processen waarbij meerdere afdelingen betrokken zijn. De inschrijving van een student voor een opleiding en de overdracht van de ene school naar de andere school kunnen ook op deze manier efficiënter verlopen. Het vereist wel dat alle betrokkenen in staat zijn om te gaan met deze technologie.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.