Hebben we wel online begeleiders nodig? #eadl

Een uitdagende titel van een presentatie van een presentatie waarbij ik me waande in de jaren negentig. Je kunt je ook afvragen of ik nog wel met beide benen op de grond sta. Oordeel zelf.

De volgende bijdrage van het EADL-congres werd verzorgd door Anett Fürstenberg van het Institut für Lernsysteme (ILS) uit Hamburg. Zij beschreef de processen waarop opdrachten worden ingeleverd. Dat gaat via post, fax, via het online platform (e-mail, of soort dropbox) en via e-mail. Jaarlijks worden ongeveer 330 duizend opdrachten ingeleverd en zo’n 36 duizend vragen gesteld. 40% ervan wordt via de post ingestuurd, 25% wordt gemaild en door het ILS geprint en via de post naar de tutor gestuurd. Wel wordt het online platform steeds intensiever gebruikt (15% in 2010, 27% in 2011). Het ILS vreest om een groot marktaandeel te verliezen als men lerenden alleen zou toestaan om opdrachten online in te leveren. Tijdens de discussie stelde zij dat een grote groep van hun doelgroep weliswaar toegang heeft tot internet, maar toch uitwerkingen op papier wil inleveren en terug wil ontvangen. Zij vinden dat meer tastbaar.

Online begeleiders hebben de volgende taken:

  • Vragen via het online platform te beantwoorden (binnen maximaal enkele dagen).
  • Uitwerkingen van opdrachten nakijken.
  • Online seminars verzorgen.
  • Chats modereren.

Voordelen online tutoring voor lerenden:

  • Zij zijn gemakkelijker toegankelijk.
  • Zij krijgen sneller antwoorden en correcties.
  • Opdrachten gaan niet verloren in de post. Lerenden hebben vaak geen kopie van handgeschreven opdrachten, en kunnen dan de opdracht weer opnieuw maken.
  • Er ontstaat een nauwere relatie tussen lerenden en begeleiders.
  • Een student is minder geld kwijt aan papier, postzegels, en ander materiaal.
  • Correcties van begeleiders zijn beter leesbaar.

Voordelen online leren voor het ILS:

  • Kostenbesparingen post (in twee jaar tijd zijn de kosten met 1/3 gereduceerd doordat een online omgeving intensiever wordt gebruikt).
  • Minder materiaal aan lerenden verstrekken,mzoals enveloppes.
  • Correcties worden sneller uitgevoerd, waardoor lerenden meer gemotiveerd blijven.
  • Problemen met leren en met inleverprocessen worden sneller zichtbaar. Lerenden ontvangen bijvoorbeeld een notificatie als een opdracht is ingeleverd.
  • Modern en up to date imago.

Beperkingen

  • Er worden verschillende typen opdrachten gebruikt, bijvoorbeeld op het gebied van kunst. Die kun je niet altijd online inleveren. Sommige opdrachten vereisen ook handgeschreven werk (bijvoorbeeld omdat het afsluitende examen eist dat uitwerkingen met de handgeschreven zijn). Er zijn ook lerenden die geen online correcties wensen, zelfs al leveren zij opdrachten online in.
  • Je creëert verwachtingen dat begeleiders 24/7 beschikbaar zijn. Docenten zijn daar huiverig voor. Zij voelen een grote werkdruk, daardoor.
  • Docenten nemen een deel van de service over, die oorspronkelijk door de studentenservice afdeling werden uitgevoerd (behandeling van praktische vragen, klachten).
  • Er worden meer klachten geuit over de doorlooptijd van de correcties. Lerenden willen veel sneller feedback ontvangen, dan de organisatie kan waarmaken.
  • ICT ontwikkelingen gaan snel. Begeleiders kunnen dat maar moeizaam bijbenen. Voorbeeld: lerenden leveren documenttypen in, die begeleiders niet kunnen openen.
  • Wat doe je met begeleiders die niet online willen corrigeren?
  • Begeleiders hebben meer ondersteuning nodig, bijvoorbeeld bij technische issues. Men is wel minder tijd kwijt met routinematig werk, zoals het afhandelen van post.

Wat kun je doen om de verschuiving van papierwerk naar online werken te bevorderen? In de eerste plaats moet je nieuwe begeleiders alleen toestaan om online te werken. Die nieuwe begeleiders moeten daarvoor vaak wel getraind worden. Ook zittende docenten moeten via workshops leren hoe de nieuwe processen werken. Zij krijgen vaak ook de gelegenheid om ICT-trainingen te volgen. Daarbij komt dat persoonlijke contacten met begeleiders belangrijk zijn. Begeleiders moeten ook de gelegenheid hebben om onderling ervaringen uit te wisselen (ook over hoe ze het online begeleiden uitvoeren).

 

Zoals gezegd waande ik me in de jaren negentig? Bestaat het nog dat zo’n grote groep volwassenen in een land als Duitsland opdrachten via de slakkenpost wil inleveren en ontvangen? Ik kan me hier moeilijk een voorstelling bij maken. En dat gold voor meer aanwezigen in de zaal. Of ben ik nu echt van de werkelijkheid afgedreven?

Fürstenberg concludeerde uiteraard dat online begeleiders noodzakelijk zijn. Want het aandeel online leren binnen het ILS neemt wel toe.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.