Leidt een 21ste eeuwse pedagogiek tot goed gebruik van ICT op school?

Onlangs heb ik aandacht besteed aan het inmiddels geruchtmakende OECD-rapport over de relatie tussen leerprestaties en ICT. Vandaag verscheen in de Volkskrant een opiniestuk waarin Maurice de Hond, net als ik, ook concludeert dat je op basis van dat rapport ICT niet uit het onderwijs kunt bannen. Toch is op zijn betoog ook het nodige af te dingen.

Kind met tablet
Foto: IntelFreePress, Flickr

De Hond’s argumenten en mijn commentaar er op, komen op het volgende neer:

  • Argument: De onderzoeksperiode was 2009-2012. Inmiddels is veel veranderd (tablets en bijpassende lesprogramma’s en didactiek).
    Mijn commentaar: dit argument hoor ik al 20 jaar. Toen we bij BVEnet de rapportage Pioniersfase in Beeld uitbrachten, kreeg ik bij bezoeken aan onderwijsinstelllingen vaker te horen dat het betreffende beeld inmiddels achterhaald zou zijn. Enkele jaren later hoorde je hetzelfde argument weer. Twee jaar geleden vroeg ik tijdens mijn keynote bij het CvI-congres wie zich herkende in de constatering dat de gebruikswaarde van ICT voor onderwijs niet meer wordt ontkend, doch dat een relatief kleine groep voorlopers binnen het onderwijs ICT toepast. Een ruime meerderheid herkende dit beeld, terwijl deze constatering uit een publicatie van begin 1998 is. Met andere woorden: binnen het onderwijs voltrekt de adoptie van leertechnologie zich zéér geleidelijk.
  • Argument: Maurice de Hond heeft twijfels bij de onderzoeksopzet. Hij stelt vragen bij het veronderstelde causale verband tussen ICT-gebruik en leerprestaties. Er kunnen bijvoorbeeld meer factoren in het spel zijn.
    Mijn commentaar: het is inderdaad ingewikkeld om een causaal verband te leggen tussen ICT-gebruik en leerprestaties. Het gaat hier echter om een macro-analyse, die wel wát zegt. Je mag dit niet vergelijken met een onderzoek waarbij je een experimentele groep en controlegroep met elkaar vergelijkt.
  • Argument: De relatie zegt niets over het gebruik van ICT door jongeren die van jongs af aan vertrouwd zijn geraakt met ICT (zoals een smartphone en tablet).
    Mijn commentaar: Maurice de Hond behoort schijnbaar tot de weinige mensen die nog geloven in de mythe van de digital native.
  • Argument: Maurice de Hond stemt in met het OECD-rapport als de auteurs ervan pleiten voor een nieuwe benadering, voor een nieuwe didactiek, om meer te halen uit leertechnologie. Het toevoegen van ICT aan “20ste-eeuwse lespraktijken lijkt de effectiviteit van die lespraktijken aan te tasten”, citeert De Hond. Ook is het nodig om fors te investeren in professionalisering van docenten.
    De Hond ziet hierin zijn eigen gelijk bevestigd. Op ‘zijn’ Steve Jobs-scholen hanteert men niet alleen iPads maar ook een “21ste-eeuwse pedagogie om kinderen voor te bereiden op het leven na 2025” met daarbij een zeer belangrijke -maar andere- rol voor de leerkracht. ICT blijkt daarbij een belangrijk hulpmiddel voor differentiatie, het faciliteren van individuele begeleiding en het vormgeven van onderwijs waarbij ook aandacht is voor vaardigheden zoals ICT-geletterdheid en kritisch denken.
    Mijn commentaar: ik denk dat leertechnologie inderdaad het vermogen heeft om leren, opleiden en onderwijs effectiever, efficiënter en aantrekkelijker te maken. Wat dat betreft ben ik het met Maurice de Hond eens. In mijn eerdere blogpost over het OECD-rapport schreef ik al dat Kennisnet’s tijdschrift 4W daar bijvoorbeeld zicht op biedt (en ik hoop dat mijn blogposts dat ook regelmatig doen).
    Wat mij echter vooral vaak opvalt, is dat we veel algemene didactische principes (zoals het activeren van voorkennis, het gebruiken van afwisselende werkvormen of het hanteren van feedback) lijken te vergeten op het moment dat we ICT voor leren gaan inzetten. Verder moeten we kritisch nadenken over welke mogelijkheden we dankzij leertechnologie hebben, die we voorheen niet hadden.
    Is dat “21ste eeuwse pedagogiek”? Ik vind dat een weinig bruikbare term omdat we het vooral over didactiek hebben, en om dat we in 2099 waarschijnlijk andere didactische en technologische mogelijkheden hebben dan nu. Ik ben nog steeds eerder geneigd om over ‘digitale didactiek’ te spreken, al hoop en verwacht ik dat het bijvoegelijk naam woord ‘digitale’ snel overbodig zal worden.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

2 reacties

  1. Helder verwoord Wilfred. Een van jouw opmerkingen is: “Wat mij echter vooral vaak opvalt, is dat we veel algemene didactische principes (zoals het activeren van voorkennis, het gebruiken van afwisselende werkvormen of het hanteren van feedback) lijken te vergeten op het moment dat we ICT voor leren gaan inzetten.”
    Daar ben ik het helemaal mee eens. De grootste en meest voorkomende valkuil van het gebruik van digitale technieken is het gebruik van digitale werkvormen zonder samenhang. Didactiek moet centraal staan!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.