Raamwerk voor gepersonaliseerd leren

Als je tien experts op het gebied van technology enhanced learning een top 5 laat maken van de meest besproken ontwikkelingen, dan is de kans groot dat ’gepersonaliseerd leren’ daar in voor komt. Hetzelfde geldt voor de top 5 van ‘fenomenen’ op het gebied van ICT en leren waarover de meningen verdeeld zijn. Tijd voor een raamwerk.

Raamwerk personalisering
Bron: Feldstein & Hill, 2016

Michael Feldstein en Phil Hill hebben zich de afgelopen jaren gebogen over de term ‘gepersonaliseerd leren’ met een artikel in de Educause Review als resultaat.

Gepersonaliseerd leren is een wat vreemde term, stellen zij, aangezien je je kunt afvragen of er ook zo iets bestaat als ‘niet-gepersonaliseerd leren’. Overigens komt ‘onpersoonlijk leren’ wel voor als je bijvoorbeeld kijkt naar grootschalige hoorcolleges waar eigenlijk geen sprake is van contact tussen docent en student.

Feldstein en Hill hebben een praktisch kader ontwikkeld waarin leertechnologie kan worden gebruikt als ‘enabler’ voor het versterken van betekenisvol persoonlijk contact:

  1. ICT wordt gebruikt om het ‘zenden’ van leerstof uit het klaslokaal te bannen, waardoor er meer ruimte komt voor persoonlijke conversaties. De ontwikkeling van kennisclips zijn hier een voorbeeld van.
  2. ICT wordt gebruikt om van huiswerk contacttijd te maken. De docent krijgt meer zicht op wat lerenden buiten de klas doen. Vervolgens kan de docent deze lerenden met behulp van deze informatie begeleiden. Het gebruik van learning analytics is hier een voorbeeld van.
  3. ICT wordt gebruikt voor het geven van gerichte begeleiding en interactieve feedback. Het gebruik van adaptieve programma’s en learning analytics zijn hier voorbeelden van.

Feldstein en Hill menen niet dat bij personalisering sprake moet zijn van alle drie de onderdelen.

Volgens de auteurs gaat het er daarbij onder meer ook om dat aandacht wordt besteed aan specifieke vraagstukken van individuele lerenden. Dit vergt om een specifiek ontwerp van leeractiviteiten.

In personalized learning, the process we are redesigning is that of teaching individual students what they need to learn from a class as effectively as possible.

In hun bijdrage geven ze een voorbeeld van een college dat het wiskunde onderwijs opnieuw heeft ontworpen om meer recht te doen aan de diversiteit aan voorkennis van studenten, en om meer aandacht te kunnen besteden aan studievaardigheden waar veel studenten niet over bleken te beschikken. Daarbij maakt men onder meer gebruik van een adaptief wiskunde programma. De docent gebruikt de data uit dat programma om studenten meer gericht te begeleiden.

Waarom zo’n hype?

In hun artikel vragen Feldstein en Hill zich ook af waarom gepersonaliseerd leren op dit moment zo’n hype is. Zij verklaren dit enerzijds vanuit de politiek-maatschappelijke druk om het rendement van het onderwijs te vergroten. “Studentgecentreerdheid” wordt gezien als een kritische succesfactor om leeruitkomsten van lerenden te verbeteren. Anderzijds is dit volgens de auteurs te verklaren uit de breed verspreide commercialisering van adaptieve leertechnieken. Traditionele uitgevers verliezen dramatisch aan terrein, en zoeken wanhopig naar nieuwe producten. Daarnaast gaan er miljarden om in de ‘ed tech’-industrie waar de druk op vaak nieuwe bedrijven groot is om met veelbelovende producten te komen. Feldstein en Hill stellen:

Personalized learning is a term that sounds good without the inconvenience of having any obviously specific pedagogical meaning, so it becomes the flag that all vendors fly, even though different products do very different things and even though undepersonalization is rarely accomplished through software alone.

De combinatie van beide verklarende factoren leidt er toe dat de verwachtingen met name bij bestuurders erg hoog zijn, terwijl docenten vaak meer sceptisch over deze ontwikkeling zijn. In hun artikel verkennen de auteurs vervolgens mogelijkheden om onderwijs minder onpersoonlijk te maken, zonder dat je je persé afhankelijk maakt van dure producten. Volgens Feldstein en Hill zijn hiervoor cursussen geschikt waar studenten met verschillende voorkennis aan deel nemen. Verder lenen cursussen zich goed voor meer personalisering als sprake is van grootschalige hoorcolleges.

Je kunt volgens hen bijvoorbeeld al personaliseren door studenten, die moeite hebben met de leerstof, in staat te stellen opnames van instructies in eigen tempo te bestuderen. In de klas is vervolgens meer gelegenheid voor interactie. Een ander voorbeeld is het toepassen van ICT om meer interactie te realiseren binnen cursussen waarbinnen lerenden normaliter nogal passief leerden.

Bij het implementeren van gepersonaliseerd leren gaat het overduidelijk niet alleen om het aanschaffen en implementeren van een nieuw product, stellen de auteurs. Gepersonaliseerd leren komt vooral neer op het herontwerpen van cursussen waarbij ICT een belangrijke rol speelt. Volgens Feldstein en Hill vraagt een succesvolle strategie dan zes stappen:

  1. Bepaal aan welke behoeften van lerenden aandacht moet worden besteed.Voor welk probleem is personalisering een oplossing?
  2. Ontwerp de didactische structuur (de wijze waarop verschillende lerenden worden ondersteund en hoe lerenden leren).
  3. Selecteer producten of technologieën.
  4. Investeer in professionalisering van medewerkers.
  5. Vergeet niet te zorgen voor passende ICT-ondersteuning.
  6. Wees bereid om te evalueren, fouten te maken en aanpassingen door te voeren. In feite pleiten de auteurs voor een ‘agile’ aanpak.

Persoonlijk mis ik hierbij aandacht voor de leerinhouden. Er moet ook aandacht zijn voor het wat, niet alleen voor het hoe.

Michael Feldstein en Phill Hill schetsen tenslotte dat ‘gepersonaliseerd leren’ -net als menig andere ontwikkeling op het gebied van technology enhanced learning- de fases van Gartner’s hype cycle zal volgen. Zij stellen echter ook:

Yes, personalized learning is a lousy term, but it is attached to legitimate educational practices that have the potential to improve the lives of many students.

Het framework dat zij schetsen vind ik interessant. Met dien verstande dat bij personalisering m.i. altijd sprake zou moeten zijn van aandacht voor begeleiding, invulling van contacttijd en aandacht voor content. Nu valt wel heel veel onder personalisering, en kun je je afvragen of we niet weer een nieuw koepelbegrip aan het introduceren zijn waar ook ‘individualisering’ en ‘differentiatie’ onder vallen.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.