Van virtual classroom tot digitaal werkplek leren: kansen voor Zorg en Welzijn

Vanmiddag heb ik in het kader van de Week van Onderwijs & Arbeidsmarkt een webinar met bovenstaande titel verzorgd voor ZorgZijn Werkt. Het webinar vond plaats in de applicatie Vitero die door Blended Communications wordt gehost en ondersteund.

ZorgZijn Werkt is één van de 16 regionale werkgeversverenigingen voor zorg- en welzijnorganisaties. Zij zien e-learning als een belangrijk instrument voor het stimuleren van leren op de werkvloer. Een tijd geleden kreeg ik de vraag of ik in het kader van hun Week van Onderwijs & Arbeidsmarkt geen workshop kon verzorgen. Al pratende kwamen we op het idee om een webinar voor maximaal 40 personen te verzorgen. Via een virtual classroom zouden we dan ingaan op het faciliteren van werkplek leren en informeel leren met ICT.

Ik ben vanwege de functionaliteiten zelf nogal gecharmeerd van Vitero (virtual team room), en heb Timo Bleeker van Blended Communications gevraagd om hier aan mee te werken. Timo zorgt niet alleen voor hosting van Vitero, maar biedt gebruikers ook technische ondersteuning. Vitero is een krachtige applicatie maar vraagt in de voorbereiding meer aandacht dan, bijvoorbeeld, een elektronische leeromgeving waar je alleen een browser voor nodig hebt. Bovendien blijken werknemers in de zorg niet altijd de mogelijkheid te hebben om geluid te gebruiken.

We zijn de sessie gestart met de introductie van de virtual classroom (en enkele afspraken bij het gebruik ervan). Daarna konden deelnemers via een pijl op een kaart aangeven waar zij zich bevonden. Ondanks dat ZorgZijn Werkt in de regio Haaglanden is gevestigd, kwamen er ook deelnemers uit, bijvoorbeeld, Zuid-Limburg.

Ik ben daarna -met name via vragen- ingegaan op enkele begrippen. Eigenlijk heb ik daar een hekel aan. Maar ik merk dat er rond informeel leren en werkplek leren verschillende opvattingen bestaan. Ook heb ik wel eens de indruk dat een gesprek bij de koffieautomaat al snel ‘werkplek leren’ wordt genoemd.

Volgens Schunk (2012) kan leren echter gedefinieerd worden als: een duurzame verandering in gedrag of in het vermogen om je op een bepaalde manier te gedragen, als resultaat van ervaringen. Bereik je dat met een gesprek bij een kop koffie? Soms wel, maar lang niet altijd.

Andere begrippen zijn dan:

  • Formeel leren: al het leren waarbij sprake is van een (sociaal) contract tussen een lerende en een (onderwijs- of opleidings)instituut. Het leren is gepland en gestructureerd.
  • Informeel leren: alle vormen van intentioneel leren waarbij geen sprake is van een (sociaal) contract tussen een lerende en een (onderwijs- of opleidings)instituut.
  • Zelfgestuurd leren: leren waarbij de lerende veel controle heeft op wat, wanneer, waar en hoe er geleerd wordt. Formeel leren kan dus zelfgestuurd zijn.
  • Social learning: samenwerkend of interactief leren met behulp van ICT, waarbij de lerende veel controle heeft over wat, hoe, waar en waarmee er geleerd wordt. Social learning kan formeel en informeel zijn.
  • Werkplek leren: leren dat plaatsvindt in reële arbeidssituaties als leeromgeving en met werkelijke problemen uit de arbeidspraktijk als leerobject. Bij werkplek leren is sprake van veel zelfsturing. Het is vaak informeel leren, maar niet altijd.

Ik ben ook ingegaan op 70:20:10 (en mijn kritiek daar op), en op belemmeringen van werkplek leren. Zo is opleiden in een aantal gevallen geschikter dan werkplek leren (zie de opvatting van hoogleraar Rob Poell). Dat is ook één van mijn belangrijke boodschappen: kijk vooral naar de manieren van leren die passen bij de doelen en leervragen.

Vervolgens ben ik ingegaan op voorbeelden van ‘digitaal werkplek leren’ zoals het gebruik van Slack of het gebruik van Google Forms om leerervaringen mee te inventariseren. Zakelijk ‘messaging’ (via de stem) kan ook worden gebruikt voor werkplek leren. Uiteraard ontbreekt de weblog ook niet in dit rijtje (bijvoorbeeld als middel om informatie mee te delen, of als medium voor reflectie).

Tenslotte ben ik ingegaan op de vraag wanneer digitaal werkplek leren effectief is. Op de eerste plaats moet sprake zijn van een authentiek probleem waar werknemers zich over moeten buigen. Het moet daarbij gaan om een uitdagend en betekenisvol probleem dat wel op te lossen is door medewerkers. Op de tweede plaats moet het authentieke probleem ook aansluiten bij de drijfveren van de werknemers zelf. Als het alleen een management-probleem is, dan zijn werknemers niet snel geneigd daar energie in te investeren.

Het uitvoeren van activiteiten die de hersenen aan het werk zetten, is ook een belangrijke voorwaarde, net als de ruimte om te reflecteren). Inderdaad: het gaat hier om voorwaarden die geleden voor werkplek leren in het algemeen. Bij het gebruik van ICT komt erbij dat je het medium gebruikt zoals het bedoeld is. Uiteraard moeten werknemers er ook mee om kunnen gaan. De mythe van de leerstijlen zijn ook kort aan de orde gekomen, plus het feit dat medewerkers vooral hun sterke kant zouden moeten ontwikkelen (zoals Marc Lammers betoogt).

Tussen heb ik een aantal vragen gesteld aan de deelnemers (meerkeuze vragen, vragen om post-its te plaatsen, multiple response vragen, vragen om de duim op te steken, enzovoorts). Aan het eind hebben we deelnemers de link naar een evaluatieformulier gestuurd. Ik heb overigens er bewust niet voor gekozen om mensen met elkaar in groepsruimtes te laten samenwerken. Volgens Gilly Salmon moet je namelijk door verschillende fases heen, voordat je toekomt aan samen kennis ontwikkelen. Deze groep deelnemers kende elkaar niet. Het zou te veel tijd -en meer voorbereiding- kosten om daadwerkelijk tot kenniscreatie te komen.

Een aantal zaken is me hierbij opgevallen:

  • De voorbereiding van het webinar heeft me meer tijd gekost dan de voorbereiding van een gewone workshop. Onder meer door de opzet met Timo door te spreken en te overleggen over interactievormen. Je moet de inhoud ook vooraf klaar zetten. Uiteraard heb ik niet hoeven te reizen. Dat heeft me weer zo’n drie uur gescheeld.
  • Deelnemers moeten zich ook voorbereiden. Met name wat betreft de techniek. Een groot aantal heeft daar (beperkte) persoonlijke ondersteuning bij nodig.Bijvoorbeeld omdat men de behoefte heeft om te checken of alles werkt. Verder valt op dat de infrastructuur van verschillende organisaties nog niet in ingericht op deze manier van werken.
  • Het belang van interactiemogelijkheden bij een webinar is mogelijk nog groter dan bij een gewone workshop.

Hieronder vind je mijn slides:

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.