Hoe kun je docenten ondersteunen bij het gebruik van ICT in het onderwijs?

Eén van de grote uitdagingen van het onderwijs is om te bevorderen dat de meerderheid van de docenten ICT op een strategische en didactische goede manier gebruikt. Docenten verdienen daarbij ondersteuning. Maar je zult hen ook moeten betrekken bij de vormgeving van die ondersteuning.

We gebruiken ICT al heel lang in het onderwijs. Waar het echter om gaat, is dat ICT op een strategische manier wordt ingezet. Dat betekent dat ICT moet bijdragen aan strategische doelen zoals het vergroten van de flexibiliteit van het onderwijs of aan het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs. Verder moet ICT vooral op een didactisch goede manier worden ingezet: de effectiviteit van het leren wordt verbeterd, of de efficiëntie en/of aantrekkelijkheid worden vergroot zonder dat dit ten koste gaat van de effectiviteit.

Innovatietheorie Rogers
“Plc” by Original uploader was Vvdberg at nl.wikipedia – Originally from nl.wikipedia; description page is/was here.. Licensed under CC BY-SA 3.0 via Wikimedia Commons – https://commons.wikimedia.org/wiki/File:Plc.gif#/media/File:Plc.gif

Everett Rogers heeft ooit vijf groepen onderscheiden die gedurende vijf stadia een bepaalde innovatie onderscheiden. Op het gebied van ICT in het onderwijs zie je deze indeling volgens mij grosso modo ook terug.

De echte vernieuwers en de pioniers hebben ICT al jaren geleden omarmd. De vroege meerderheid gebruikt ICT ook al, zij het m.i. op een redelijk traditionele manier (dus zonder dat daadwerkelijk sprake is van een functionele verbetering): zij maken leerinhouden toegankelijk en laten lerenden bijvoorbeeld opdrachten online inleveren.
De late meerderheid begint volgens mij nu ICT in toenemende mate in te zetten. Het gaat er volgens mij daarom om deze vroege en late meerderheid te faciliteren bij het zetten van volgende stappen op dit gebied.

Catlin Tucker stelt dat weerstand tegen het gebruik van ICT vooral te maken heeft met angst, en niet met verzet om te leren en de praktijk te veranderen. Docenten werken volgens haar bovendien betrekkelijk geïsoleerd, zonder veel ondersteuning.

Volgens haar zijn er drie manieren om docenten te stimuleren ICT in het onderwijs te gebruiken.

  1. Creëer een schoolcultuur waarin wordt aangemoedigd dat docenten risico’s nemen en fouten durven te maken. Moedig experimenten aan, leer van ervaringen. Geef geen kritiek als experimenten fout gaan, maar evalueer en verbeter.
  2. Zet lerenden in om docenten te ondersteunen op het gebied van ICT. Vorm ICT-teams die uit lerenden bestaan, en die kunnen worden ingezet om docenten te helpen bij experimenten of bij het oplossen van issues.
  3. Geef ICT-bekwame docenten taakuren om hun collega’s te begeleiden. Benut de expertise van deze vernieuwers en pioniers, en laat hen collega’s op de werkvloer ondersteunen bij het herontwerpen van lessen en bij het geven van feedback.

Op zich zijn dit zinvolle suggesties. Waar het m.i. echter vooral ook om gaat is te analyseren waar de terughoudendheid om ICT in te zetten, echt in zit.

Hebben docenten geen concreet of wellicht negatief beeld bij de impact van ICT op het onderwijs? Vrezen zij dat de kwaliteit van het onderwijs zal lijden onder het gebruik van ICT? Hebben zij in het verleden negatieve ervaringen opgedaan? Voelen zij zich onzeker of onhandig in het gebruik van ICT? Missen zij een duidelijk onderwijskundig kader waarbinnen zij ICT kunnen inzetten? Balen zij ervan dat anderen hen gaan vertellen dat zij hun onderwijs anders moeten gaan inrichten?

Co-creatie
Co-creatie. Foto: Maarten Brinkerink

Op basis van die analyse kun je vervolgens gerichte maatregelen treffen. Dat kan ondersteuning door een ICT-team zijn, of coaching van een ervaren collega (die moet oppassen om met zijn enthousiasme de minder ervaren collega te overdonderen). Waar het in elk geval om gaat, is dat deze maatregelen samen met en niet voor docenten worden getroffen. Ontwikkel leer- en ontwikkeltrajecten in co-creatie met degenen die deze trajecten ook echt moeten volgen.

Een open schoolcultuur waarin docenten in teams samenwerken en kennis uitwisselen, is daarbij heel belangrijk. Daar hoort ook het durven maken van fouten bij. We moeten er echter ook voor waken dat lerenden het gevoel hebben ‘proefkonijn’ te zijn. Het is heel lastig om binnen het onderwijs te experimenteren, zonder dat lerenden daar ‘last’ van hebben. Het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (Laks) adviseerde bijvoorbeeld onlangs dat je als docent alleen digitale leermiddelen moet gebruiken, als je weet hoe je deze tools en leerinhouden moet gebruiken. Tegelijkertijd willen lerenden weten waarom je iets doet, willen lerenden worden uitgedaagd en willen zij dat docenten open staan voor kritiek.

Betrek daarom lerenden bij de experimenten. Geef aan waarom je gaat experimenteren, en van welke uitdaging zij deel uit maken (versterken interactie, vergroten flexibiliteit, enzovoorts). Benadruk dat het belangrijk is om via experimenten te leren, en waardeer dat ook bij lerenden.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

5 reacties

  1. Zeer goed en herkenbaar artikel! Ik ben zelf werkzaam voor een organisatie die digitale schoolborden verkoopt. Wat je nu nog helaas regelmatig ziet is dat de faciliteiten op de onderwijs instellingen aanwezig zijn, maar dat het gros nog geen gebruik maakt van de mogelijkheden. Dit vind ik erg jammer.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.