Krijgt het onderwijs niet met dezelfde digitale ontwrichting te maken als de muziekindustrie?

De CEO van Pearson gelooft niet dat het onderwijs te maken krijgt met een vergelijkbare disruptieve innovatie als de muziekindustrie. Het onderwijs wellicht niet. Maar wat te denken van de educatieve uitgeverijen?

Open educational resources
By Jonathasmello – Own work, CC BY 3.0, $3

The Telegraph heeft een interview gepubliceerd met John Fallon, de geplaagde CEO van Pearson (vermoedelijk ’s werelds grootste educatieve uitgeverij en ‘educatieve data baron’). Pearson’s aandelenkeurs is in een jaar tijd gehalveerd. Ze moeten drastisch in de kosten snijden, en hebben aangekondigd 4000 banen te schrappen. Volgens The Telegraph zijn investeerders bang dat de focus van Pearson op onderwijs verkeerd zal uitpakken, omdat lerenden steeds vaker kunnen beschikken over gratis en goedkope online bronnen.

CEO Fallon wijt de teruglopende inkomsten in de VS vooral aan teruglopende deelname aan hoger onderwijs. Hij werpt de analogie met de muziekindustrie ver van zich:

“That can’t happen with university courses and testing. Open education resources have a role to play; a Harvard professor giving a free lecture online is great, but it is not the same as what happened in the music market.
“What others might call a structural shift we would call responding to customers.

Volgens mij is het belangrijk hierbij een onderscheid te maken in het onderwijs en de educatieve uitgeverijen. Het onderwijs zal m.i. pas echt te maken krijgen met disruptieve innovatie en digitale transformatie als één van de volgende of beide ontwikkelingen praktijk worden:

  • Andere aanbieders worden in staat gesteld te begeleiden, te examineren, te certificeren en te diplomeren. Zolang onderwijsinstellingen het alleenrecht hebben om certificaten en diploma’s met een ‘civiel effect’ af te geven, zal geen sprake zijn van digitale transformatie.
  • Het civiel effect van certificaten en diploma’s vermindert drastisch of verdwijnt zelfs. Deze ontwikkeling is in sommige sectoren zichtbaar (en volgens mij vooral op het gebied van een leven lang leren). In andere sectoren -ik denk aan de zorg- juist niet.

Ik verwacht daarom niet dat het onderwijs op korte termijn daadwerkelijk te maken krijgt met disruptieve innovatie. Dat geldt volgens mij echter niet voor de educatieve uitgeverijen. Bedrijven als Pearson krijgen in toenemende mate te maken met initiatieven die hun positie op het gebied van leerstofontwikkeling ondermijnen. In een beknopte reactie op het artikel in The Telegraph verwijst Stephen Downes terecht naar YouTube waar veel content te vinden is. Andere ontwikkelingen zijn:

  • YouTube is niet het enige platform waar veel content te vinden is. Denk bijvoorbeeld ook aan het Wikiwijsleermiddelenplein, VO Content of Learntoo. Ik weet uiteraard dat content iets anders is dan lesmateriaal. Maar een goede docent kan met deze content waarschijnlijk prima uit de voeten.
  • Docenten beschikken over gratis of goedkope leertechnologieën waarmee zij in staat zijn betrekkelijk eenvoudig en snel zelf content te ontwikkelen. Ik denk aan diverse screencastingtools of applicaties zoals Xerte of iBooks. Verder investeren scholen in professionele applicaties om bijvoorbeeld kennisclips mee te ontwikkelen. Digitale leer- en werkomgevingen beschikken ook over mogelijkheden om leereenheden mee te ontwikkelen. Docenten hebben geen uitgevers nodig om content te maken.
  • Content is geen ‘king’. Je kunt lerenden ook op andere manieren laten leren, dan door het bestuderen van content (uiteraard is dit afhankelijk van zaken als voorkennis of leerdoelen). Zo kunnen lerenden zelf via digital storytelling leren van elkaars ervaring.

Bedrijven als Pearson zullen nieuwe services moeten ontwikkelen om toegevoegde waarde te hebben voor het onderwijs. Op het gebied van content onderscheid je je niet. Verder kunnen docenten ook al zelf adaptieve leerpaden ontwikkelen.

In dit verband vind ik het opvallend dat CEO Fallon het in dit artikel verder niet heeft over het verzamelen en analyseren van grote hoeveelheden educatieve data. Pearson heeft hier de laatste jaren fors in geïnvesteerd. Wellicht kan met op basis hiervan nieuwe producten en diensten ontwikkelen waarmee men een nieuwe positie kan verwerven.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

4 reacties

  1. Interessant blogartikel.

    Ik denk dat het een ander soort ontwrichting zal zijn dan bij de muziekindustrie.

    De bedreiging zal denk ik niet van de docenten komen. Zelf content maken was met papier ook al wel mogelijk. Iets uit typen en kopiëren kan al tijden. De meerwaarde van een educatieve uitgeverij is het georganiseerd aanbieden van content. Content waar een leerlijn in zit. Daar gaat nog wel wat tijd in zitten.

    Software bedrijven die zich gaan richten op de educatieve markt, daar denk ik eerder aan als je het over bedreigingen hebt.

  2. Je schrijft dat content nog geen lesmateriaal is. Daar lijkt me de sleutel voor de toegevoegde waarde die educatieve uitgeverijen in de keten leveren. Zoals ook de toegevoegde waarde van Spotify niet alleen zit in de muziek maar ook in de sociale aspecten van Spotify. Via Spotify word ik gewezen op muziek die ik wellicht leuk vind of vind ik de playlist van het concert waar ik naar toe ga.

    Welke toegevoegde waarde zie jij voor de Educatieve uitgeverijen?

  3. Eerlijk gezegd denk ik dat scholen ook in staat zijn om lesmateriaal te ontwikkelen. Uitgevers schakelen hier immers ook docenten voor in. Als het gaat om bijvoorbeeld meer complexe adaptieve programma’s zie ik eerder andere spelers de markt betreden, dan de traditionele educatieve uitgeverijen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *