Moeten we het nog hebben over het belang van i-coaches voor de invoering van nieuwe technologie in het onderwijs?

Deze vraag stelde ik tijdens de masterclass ‘Bruggen bouwen’ van Kennisnet en saMBO-ICT, die vandaag weer face-to-face plaatsvond. Dankzij de coronacrisis is m.i. heel evident geworden dat i-coaches een belangrijke rol spelen bij de invoering van nieuwe technologie in het onderwijs. De scope van hun werk is zelfs wat verbreed.

I-coaches -voor zover aanwezig bij onderwijsinstellingen- hebben zich volgens mij het snot voor de ogen gewerkt toen het onderwijs een half jaar geleden plotsklaps online moest worden uitgevoerd. Zij hebben op tal van manieren collega’s ondersteund. Daarbij zijn echter -om begrijpelijke redenen- vooral pragmatische keuzes gemaakt, die hebben geleid tot ‘emergency remote teaching’.

Er is dus nogal wat ‘reparatiewerk’ te verrichten, op het gebied van didactiek en op het gebied van pedagogiek. Naarmate we meer online leren wordt ook de vraag belangrijker: hoe geven we de pedagogische relatie online vorm? Met deze vraag zullen i-coaches zich ook bezig moeten houden.

Daarnaast moeten we ook naar de tijd na de coronacrisis kijken. Hoe en waartoe willen we online en blended learning inzetten, en wat is daarbij de rol van i-coaches.

Benader de invoering van technologie ondersteund onderwijs daarbij als onderwijsinnovatie. Daarbij zijn verschillende zaken van belang:

  • Strategie. Bijvoorbeeld een gedeelde visie als team of consensus over te bereiken doelen. De ‘lijn’ moet de ontwikkeling steunen en er verantwoordelijkheid voor willen dragen.
  • Structuur. Denk daarbij ook aan het werken aan attitude, bewustzijn en deskundigheid van medewerkers.
  • Support. Hier maakt ontwikkeltijd een belangrijk deel van uit, maar ook technische en didactische ondersteuning.

Ik heb daarbij benadrukt dat je het gebruik en de toegevoegde waarde van leertechnologie in lijn moet brengen met je strategische doelen. Voorbeelden zijn dan het realiseren van een krachtige leeromgeving, flexibilisering van het onderwijs, het bereiken van nieuwe doelgroepen of het reduceren van de CO2-uitstoot.

Verder heb ik benadrukt dat het ook belangrijk is om te werken aan attitude, bewustzijn (waartoe deze innovatie?) en deskundigheid van medewerkers.

Vaak proberen we aan ‘attitude, het bewustzijn en de deskundigheid medewerkers’ te werken via studiedagen, trainingen en/of online cursussen. Deze aanpak heeft echter een aantal tekortkomingen:

  • De activiteiten zijn eenzijdig gericht op deskundigheid medewerkers (niet op attitude, niet op bewustzijn).
  • Er is vaak sprake van ‘one size fits all’. Er wordt veelal onvoldoende rekening gehouden van verschillende attitudes en expertise van de aanwezigen.
  • Dergelijke activiteiten stellen leren in feite als gebeurtenis voor, niet als proces.
  • Er is sprake van een gebrekkige transfer naar de werkvloer.

Het kan echter ook anders. Ik heb daarom mijn WICER-model gepresenteerd waarin werkplek leren, informatieverwerking, coaching, educatie en reflectie integraal aan bod komen. I-coaches spelen bij verschillende onderdelen van dit model een belangrijke rol.

Onderzoek (Joyce & Showers, 2003 (pdf)) laat zelfs zien dat coaching van groot belang is voor transfer van het geleerde tijdens workshops naar de dagelijkse praktijk. Zo blijken docenten die zijn gecoacht, nieuwe strategieën vaker en bekwamer toe te passen dan docenten die niet zijn gecoacht, maar wel dezelfde basisopleiding hebben gehad. Docenten die zijn gecoacht onthouden en vergroten hun vaardigheden bovendien na verloop van tijd. Bij niet—gecoachte docenten is dat niet het geval.

Hieronder vind je mijn dia’s:

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.