Over de relevantie van Web3

Volgens Dion Hinchcliffe is Web3 een belangrijke trend geworden waarbij een torenhoge stapel aan technologie een rol speelt, en die kan leiden tot indrukwekkende economische resultaten. Ook de wereld van leren, opleiden en onderwijs wordt er door geraakt.

Web3 heeft betrekking op een nieuwe generatie van het World Wide Web en vereist volgens Hinchcliffe een fundamentele verschuiving in onze opvattingen over digitale gegevens en de online wereld in het algemeen. Je moet Web3 niet verwarren met Web 3.0 waar een jaar of vijftien geleden over werd gesproken, en waarmee het semantische web werd bedoeld.

De kern van Web3 ligt in het idee van decentralisatie, gebaseerd op blockchaintechnologie. Blockchaintechnologie kun je vergelijken met een gedecentraliseerd digitaal grootboek dat transacties registreert in een reeks onderling verbonden blokken, waarbij elk blok een onveranderlijke, chronologische en transparante registratie bevat. Door de distributie over een netwerk van computers biedt het een hoge mate van beveiliging en weerstand tegen manipulatie. Blockchaintechnologie wordt gebruikt voor cryptocurrencies, maar kan ook binnen andere sectoren worden toegepast. Je zou bijvoorbeeld certificaten met blockchaintechnologie kunnen opslaan. Die certificaten zijn altijd toegankelijk en fraude met certificaten is niet meer mogelijk. Betrouwbaarheid en transparantie zijn kenmerken van deze technologie.

Web3 is volgens de auteur een reactie op kritiek dat het huidige internet te veel wordt gedomineerd door grote, gecentraliseerde organisaties. Web3 beoogt een meer gebruikersgecontroleerde omgeving te creëren. Dit idee van radicale decentralisatie, waarbij blockchains dus een sleutelrol spelen, heeft brede toepasbaarheid voor veel online activiteiten. Hinchcliffe schrijft ook dat Web3 is ontstaan uit de directe kennis van het aanhoudende succes van bepaalde bekende radicaal gedecentraliseerde systemen om de status-quo te veranderen.

Andere technologieën die hierbij een belangrijke rol spelen zijn:

• Wallets: Bij Web3 is een digitale portemonnee, vaak geassocieerd met cryptocurrency, een apparaat, applicatie of dienst die de publieke en/of privésleutels opslaat die worden gebruikt voor blockchaintransacties. Naast het veilig bewaren van sleutels, bieden ze vaak functionaliteiten zoals encryptie en het ondertekenen van informatie.
• Decentralized Identity (DID): Gedecentraliseerde manieren van identificeren maken een verifieerbare, gedecentraliseerde digitale identiteit mogelijk. Ze zijn essentieel voor de ontwikkeling van Web3 en zijn gebaseerd op het concept van zelf-soevereine identiteit. Binnen het onderwijs zullen we bijvoorbeeld ook met een decentrale identiteit gaan werken. SURF is initiatiefnemer van eduID. Hiermee heeft een lerende een instellingsonafhankelijke, digitale identiteit waarmee de lerende bij iedere onderwijsinstelling terecht kan. Onder meer relevant voor een leven lang ontwikkelen. Daarnaast kun je bijvoorbeeld profesionals uit arbeidsorganisaties, waarmee je samenwerkt, op een veilige manier toegang geven tot applicaties van je instelling.
• Exchanges: Dit zijn een soort beurzen die handelen in cryptocurrency en andere vormen van digitale waarde, waarbij gebruikers kunnen handelen in andere activa, zoals traditioneelgeld of andere digitale valuta’s. Beurzen verbinden de Web3-wereld met de traditionele wereld en zijn cruciaal voor het mogelijk maken van transacties tussen beide.
• Decentralized apps (dApps): Gedecentraliseerde apps maken gebruik van smart contracts die op een blockchain draaien. Anders dan traditionele apps zijn dApps technisch gezien niet eigendom van een entiteit, maar verdelen ze tokens die eigendom vertegenwoordigen onder de gebruikers van een blockchain-systeem.
• Smart contracts: Dit zijn vooraf gedefinieerde digitale overeenkomsten opgeslagen op een blockchain, die worden uitgevoerd wanneer vooraf bepaalde voorwaarden zijn voldaan. Ze worden gebruikt om de uitvoering van een overeenkomst te automatiseren binnen de regels van de blockchain. Deze slimme contracten kunnen een rol spelen bij inschrijfprocessen en aanmeldprocedures.
• Distributed Autonomous Organizations (DAOs): Gedistribueerde Autonome Organisaties zijn organisaties gerepresenteerd door regels, gecodeerd als een softwaresysteem, volledig transparant en bestuurd door de leden van de organisatie, meestal zonder invloed van een centrale overheid.
• Metaverse: Een virtuele wereld waarin mensen digitale content creëren, publiceren, uitwisselen (al dan niet tegen betaling) en met elkaar kunnen interacteren. Dankzij virtual reality worden 3D-ervaringen mogelijk voor tal van activiteiten. Binnen de metaverse kun je ook leeromgevingen ontwikkelen. Daar zijn al ervaringen mee opgedaan.

Deze technologieën vormen de basis voor een nieuw soort vertrouwen in digitale systemen en gemeenschappen.

Web3 onderscheidt zich door zijn focus op transacties en waarde-uitwisseling, een aspect dat in eerdere versies van het web niet centraal stond. De realisatie van Web3 toont aan dat er specifieke en werkende ontwerpen zijn voor vertrouwde, gedecentraliseerde datasystemen die veilige, betrouwbare handel op schaal mogelijk maken.

Voor organisaties zijn er belangrijke implicaties verbonden aan de opkomst van Web3. Het is essentieel om de ontwikkelingen binnen Web3 in hun industrie te volgen, personeel op te leiden ten aanzien van Web3-technologieën, Web3-capaciteit op te bouwen  en je digitale strategieën dienovereenkomstig aan te passen. Web3 vertegenwoordigt een belangrijke nieuwe generatie van technologische evolutie met verstrekkende gevolgen voor bedrijven en IT. Het biedt kansen maar vereist volgens de auteur ook een strategische benadering voor technologieadoptie en evolutie.

Web3 kan een een transformatieve ontwikkeling in de digitale wereld worden. Deze ontwikkeling heeft niet alleen invloed op de manier waarop informatie wordt gecreëerd, opgeslagen en uitgewisseld, maar ook op verschillende maatschappelijke sectoren en de manier waarop organisaties opereren in de digitale ruimte. Binnen het onderwijs zie je ook al wat experimenten met toepassingen zoals eduID. Het lastige is dat deze ontwikkeling niet voor zich spreekt. Je moet veel blijven uitleggen, in tegenstelling tot een ontwikkeling als generatieve AI. Dit belemmert de adoptie mogelijk.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.