#OWD09: Web 2.0 en schoolbeleid

De sessie Web 2.0 in schools leadership and policies van de Onderwijsdagen 2009 was voor een groot deel een feest van herkenning, wat mij betreft. De 'issues' die op dit gebied spelen zijn vergelijkbaar, al gaan Nederlandse en Amerikaanse scholen hier verschillend mee om, zo zal blijken. 

Deze sessie werd verzorgd door het Consortrium for School Networking (CoSN), een Amerikaanse organisatie die qua doelstellingen vergelijkbaar is met Stichting Kennisnet. Er was een delegatie van CoSN op bezoek in Nederland. Tijdens deze sessie ging een aantal van hen op een aantal aspecten in met betrekking tot schoolbeleid en ICT in het onderwijs. Speciale aandacht was er voor de manier waarop Amerikaanse K12-scholen omgingen van de ontwikkeling van web 2.0. CoSN heeft hier onderzoek naar gedaan. Enkele opvallende bevindingen:

  • 73% van de schoolleiders is zich bewust van de significantie van web 2.0 onderwijs voor het onderwijs.
  • Schoolleiders vinden web 2.0 veelbelovend voor allerlei aspecten in het leven van jongeren (zoals gedrag op school of huiswerk maken), behalve lichamelijke oefening.
  • 70% van de schoolleiders bant op school social networking sites zoals Facebook.
  • 56% van de ondervraagde schoolleiders heeft web 2.0 niet geïntegreerd in curricula.

Schoolleiders bannen social networking sites vooral uit zorg voor de online veiligheid van kinderen (internet safety). Zij blokkeren zelfs meer dan wettelijk moet. Tijdens de sessie werd de vraag gesteld of dit beeld herkenbaar was voor de Nederlandse situatie. De meningen leken verdeeld te zijn. Ik denk overigens dat als Nederlandse scholen bepaalde technologie blokkeren, zij dit vooral doen om 'afleiding' te voorkomen. Minder vanuit het oogpunt van 'online veiligheid'. 

Onderstaande presentatie vat de belangrijkste bevindingen van het CoSN-onderzoek samen.

414 Web 2.0 in schools leadership and policies

View more presentations from SURFfoundation.

In deze sessie ging Sheryl Abshire in op de veranderende rol van docenten bij het gebruik van web 2.0 (van instructeur naar facilitator). Zij stelde dat docenten voorbereid moeten worden op het didactisch goed gebruiken van nieuwe technologie. De docenten waren daarom onder meer verplicht om een online cursus over dit onderwerp in BlackBoard te volgen. Niet helemaal practice what you preach aangezien BlackBoard geen web 2.0 is, maar toch….

Wat me hierbij opviel, en waarin het Amerikaanse onderwijs verschilt met het Nederlandse, was:

  • De investering in het betrekken van ouders bij het gebruik van ICT in het onderwijs. Amerikaanse scholen zijn financieel meer afhankelijk van ouders.
  • De koppeling van professionalisering van docenten aan overig HR-beleid. In de VS is veel minder sprake van vrijblijvendheid. Docenten moeten meer investeren in de eigen professie (ook in relatie met ICT). Alle docenten maken dan ook gebruik van ICT in het onderwijs (wel in verschillende mate).

Abshire vertelde ook over het gebruik van een contract dat zij kinderen laten ondertekenen. Dit contract is een soort code of conduct over 'verstandig internetgebruik'. Hiermee voorkomt haar school 'misbruik' door jongeren. De gemeenschap is betrokken geweest bij de opstelling van dit contract.

Fred Morton vertelde over het geworstel van zijn schooldisctrict bij de uitrol van 30.000 laptops.Zij hebben hiervoor gekozen omdat maar liefst 35% van de leerlingen uit arme gezinnen komt, en minder toegang heeft tot internet dan leeftijdsgenoten. Docenten werden 'overvallen' door het besluit waardoor er een schifting ontstond tussen enthousiaste pioniers en een aanzienlijke groep die dit niet zag zitten. Bovendien bleken nogal wat laptops niet goed te functioneren waardoor toch niet elke leerling de beschikking had over dit leermiddel.

De laatste spreekster ging kort in op de eisen die in de VS worden gesteld aan docenten. De International Society for Technology in Education stelt deze eisen vast. Zij onderstreepte daarbij het belang van het hebben van hoge verwachtingen ten aanzien van docenten.

Al met al een interessante sessie, maar wel een beetje overladen. We hadden daardoor weinig gelegenheid voor dialoog, terwijl ik dacht dat dat de bedoeling was van deze sessie. Ik moest in elk geval met gezwinde spoed naar de volgende sessie waarvan ik zaalvoorzitter was. Maar ik had graag nog wat nagepraat.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *