Uitgangspunten kwalitatief goede technology enhanced learning

Het gebruik van ICT voor leren is geen sinecure. Er is geen leertechnologie of app die garandeert dat lerenden ook met succes leren. Maar volgens Laura Moorhead zijn er wel 8 uitgangspunten waaraan ‘technology enhanced learning’ moet voldoen.

iPad op school
Foto: flickingerbrad, Flickr

In deze blogpost geef ik een eigen interpretatie aan deze uitgangspunten en becommentarieer ik ze, indien nodig.

  1. Stel leerdoelen voorop, niet de technologie.
    Voorkom dus ‘technology push’, maar benader leerinhouden, didactiek en leertechnologie op een integrale manier vanuit de leerdoelen die je wilt bereiken. Moorhead verwijst hierbij naar TPACK.
    Je kunt je wel laten inspireren door nieuwe technologie, maar je moet vooral voorkomen dat nieuwe technologie met je op de loop gaat. “It’s the learning goal, stupid”, zeg ik dan.
  2. Maak gebruik van ‘open’ leertechnologie die juist nieuwsgierigheid stimuleert, en lerenden in staat stelt op onderzoek te gaan.
    Veel educatieve applicaties zijn gericht op het drillen van lerenden. Binnen iPad-scholen gebeurt dat volgens mij betrekkelijk veel. Voor sommige toepassingen (zoals rekenonderwijs) kan dat handig zijn. Moorhead pleit echter voor het gebruik van leertechnologie die er toe bijdraagt dat lerenden nieuwe, betekenisvolle en verrassende ervaringen opdoen, en waarbij lerenden zichzelf kritische vragen gaan stellen.
  3. Zorg er voor dat ICT leren niet gemakkelijk maakt.
    Bevorder uitdagingen, risico en verwarring. Zorg er voor dat lerenden ICT kunnen gebruiken om de kloof tussen weten en niet weten te overbruggen. Ze moeten moeite doen om te leren. Maar het mag niet onmogelijk zijn om te leren. Moorhead sluit hierbij aan op Vygotsky’s gedachtengoed van de zone van naaste ontwikkeling. Zij bedoelt uiteraard niet dat de leertechnologie zelf ingewikkeld te bedienen moet zijn. Dat leidt namelijk alleen maar af van het leren.
  4. Neem feedback serieus.
    Ik heb al vaker betoogd dat feedback heel belangrijk is. Laura Moorhead onderstreept dat. Veel educatieve software geeft echter geen of zeer beperkte feedback. Zij geeft een voorbeeld van klassikale discussie naar aanleiding van een bepaalde score. Daarbij speelt technologie dus vooral een initiërende rol, net als student response systemen dat doen. Vervolgens geven studenten elkaar feedback. Je kunt echter ook korte online videos gebruiken voor het geven van feedback.
    Moorhead refereert hierbij ook aan Carol Dweck’s “growth mindset” en mij onbekende applicaties als Brainology of Math 180 die deze ontwikkeling expliciet proberen te faciliteren.
  5. Wees vooralsnog sceptisch over geïndividualiseerd leren.
    Er wordt al enkele jaren betoogd dat adaptieve technologie, big data en learning analytics er toe kunnen bijdragen dat leren meer gepersonaliseerd en geïndividualiseerd kan worden. We weten echter nog weinig over de effectiviteit hiervan. Moorhead geeft als voorbeeld eyetracking toepassingen waarmee je kunt waarnemen of een lerende verward, verveeld of ongeïnteresseerd is. De vraag is echter hoe je de uitkomsten vervolgens kunt gebruiken. Gegevens kunnen namelijk verkeerd worden geïnterpreteerd. Het kan bijvoorbeeld juist de bedoeling zijn dat lerenden verward raken. Met andere woorden: we weten nog niet goed hoe we deze nieuwe technologieën op een didactisch goede manier kunnen inzetten.
  6. Houd op een authentieke manier rekening met de interesses van lerenden.
    Volgens Laura Moorhead vergelijkt het gebruik van Facebook of WhatsApp voor schrijfonderwijs met “chocolate-covered broccoli”. Daar gaat het dus niet om als je wilt aansluiten op de belevingswereld van lerenden. Het gaat er om dat je oprecht belangstelling hebt voor lerenden en dat je laat zien dat leerinhouden en te ontwikkelen bekwaamheden die lerenden (moeten) ontwikkelen relevant zijn voor hun (latere) leven.
  7. Maak gebruik van technologie die sociale interactie ondersteunt.
    We focussen vaak te veel op content bij het gebruik van leertechnologie, en betrekkelijk weinig op interactie tussen personen. Gebruik bijvoorbeeld ook leren rond technologie (samenwerken met één device).
  8. Maak gebruik van open educational resources.
    Vrij verkrijgbare leermaterialen krijgen vaak feedback van gebruikers. Daardoor worden deze materialen beter. Docenten blijken deze materialen ook te gebruiken voor hun eigen professionele ontwikkeling.

Deze uitgangspunten sluiten goed aan op mijn principes van een goed gebruik van ICT voor leren, al mis ik er wel nog een paar. Zoals het belang van

  • een activerende didactiek,
  • veel afwisseling,
  • het bevorderen van intrinsieke motivatie (door autonomie te geven, sociale verbondenheid te bevorderen en lerenden het gevoel te geven dat ze competent zijn)
  • of het niet vrijblijvend inzetten van leertechnologie.

Verder valt op dat een aantal principes ook opgaan voor leren zonder ICT.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.