Onderzoek naar nudging in het onderwijs

Onderzoek laat zien dat docenten in het mbo en hbo onbewust gebruikmaken van diverse nudging-technieken om het gedrag van lerenden te beïnvloeden. Een gebrek aan bewustzijn over deze technieken leidt soms tot ongewenst gedrag. Het onderzoek besteedt m.i. onvoldoende aandacht aan de rol van digitale technologie bij nudging.

Here's the image of a student who has been gently nudged by a classmate while sitting at their desk in a classroom.
DALL-E: Here’s the image of a student who has been gently nudged by a classmate while sitting at their desk in a classroom.

ScienceGuide rapporteert over dit onderzoek naar het gebruik van ‘nudging’ door docenten in het mbo en hbo. Nudging is een psychologische techniek om gewenst gedrag te stimuleren door subtiele omgevingsveranderingen. Binnen de marketing of gezondheidzorg wordt nudging vaak toegepast. Onderzoekers van de Erasmus Universiteit, Hogeschool Rotterdam en University of Wollongong hebben gekeken naar nudging in het onderwijs. Zij hebben dat gedaan door middel van enquêtes onder 21 mbo-docenten, 11 hbo-docenten, 9 mbo-studenten en 6 hbo-studenten, aangevuld met observaties in 11 lessen. Hieruit identificeerden de onderzoekers elf categorieën van nudges, ingedeeld in drie groepen: intuïtieve nudging, didactische nudging en geplande nudging.

Intuïtieve nudging omvat instinctieve technieken zoals het tonen van een sociale norm, het gebruik van aandachtstrekkers zoals stemverheffing, en het ‘boodschapper-effect’, waarbij de relatie tussen docent en student cruciaal is. Didactische nudging daarentegen is meer verweven met traditionele onderwijsmethoden, zoals feedback, het koppelen van gedrag aan doelen en het opsplitsen van complexe informatie.

Docenten passen meer voorbereidende geplande nudges, zoals het laten kiezen van eigen studiedoelen door studenten, minder vaak toe. De meest voorkomende nudges waren didactisch en intuïtief van aard. Dit wijst volgens de onderzoekers op een spontaan en bekend gebruik ervan in het onderwijs.

De onderzoekers wijzen op een gebrek aan bewustzijn bij docenten over de impact van deze technieken. Dit kan volgens hen leiden tot onbedoelde effecten, zoals het stimuleren van een schoolse en passieve houding bij studenten door ze ‘leerlingen’ in plaats van ‘studenten’ te noemen. Er moet volgens de onderzoekers sprake zijn van afstemming tussen leeractiviteiten, leerdoelen en de ingezette nudges (een soort ‘constructive aligment’, maar dan met nudges).

Mijn opmerkingen

Het valt me op dat binnen het onderzoek niet is gekeken naar de rol van leertechnologie bij nudging (voor zover af te leiden valt uit het ScienceGuide-artikel). Je kunt namelijk automatische herinneringen of notificaties sturen als deadlines van opdrachten overschreden dreigen te worden, als lerenden niet deelnemen aan online discussies of als lerenden een tijd lang niet hebben ingelogd. Het gebruik van gamification-technieken zoals punten en badges kunnen ook fungeren als ‘nudge”. Deze subtiele signalen kunnen lerenden helpen betrokken te blijven en leeractiviteiten af te ronden.

Hier is volgens mij sowieso nog niet veel onderzoek naar gedaan. Je moet volgens mij bijvoorbeeld goed na denken over de frequentie en de toon van notificaties. Als iemand bijvoorbeeld vanwege ziekte een tijd niet is ingelogd, kan een notificatie ongepast zijn. Je moet dus rekening houden met de context. Ik heb bijvoorbeeld ook meegemaakt dat leerinhoud van een online module vooral bestond uit PDF-bestanden en alleen een afsluitende opdracht. Dan hoef je je niet te verbazen dat lerenden de content downloaden en nauwelijks inloggen.

Verder kun je m.i. wel kanttekeningen bij dit onderzoek plaatsen.

  • Ik krijg bijvoorbeeld de indruk dat de onderzoekers ‘nudging’ wel heel erg breed operationaliseren. Het lijkt er wel op dat alle leerinterventies inmiddels ‘nudges’ zijn. Dat lijkt me wat overdreven.
  • De onderzoekers hebben  21 mbo-docenten, 11 hbo-docenten, 9 mbo-studenten en 6 hbo-studenten ondervraagd en 11 lessen geobserveerd. Deze steekproef is relatief beperkt van omvang, vooral gezien de diversiteit binnen het mbo- en hbo-onderwijs. Dit beperkt de generaliseerbaarheid van de resultaten. Het onderzoek is ook grotendeels gebaseerd op zelfrapportages van docenten en studenten en observaties. Dergelijke methoden kunnen leiden tot subjectieve interpretaties en beïnvloed worden door persoonlijke percepties van de deelnemers en onderzoekers. Hierdoor kunnen belangrijke nuances in het gebruik en effect van nudging-technieken over het hoofd worden gezien.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *